De 6 meest gebruikte excuses om géén bloed te geven
Waarom bloed geven? Da’s een makkelijke vraag! Je redt er bij iedere donatie levens mee. Nochtans horen we geregeld dezelfde excuses opduiken om toch maar géén bloed te moeten geven. We zetten ze voor jou op een rijtje en weerleggen ze één voor één.
Die prik? Dat doet pijn!
Nee, bloed geven doet géén pijn. Je voelt alleen de naaldprik. De afname van het bloed zelf en het weghalen van de naald is volledig pijnloos.
Dat past niet in mijn agenda!
Iedereen heeft het druk, druk, druk. Maar wist je dat een bloedafname op zich niet langer dan 12 minuten duurt? Akkoord, voor het bloed geven moet je nog een medische vragenlijst invullen en heeft onze arts ook nog een gesprek met jou, maar in totaal duurt dit alles niet langer dan een uurtje. En zeg nu zelf … wat is nu een uurtje van jouw tijd?
Dan kan ik de dag nadien niet gaan werken!
Goed geprobeerd, maar na een bloeddonatie kan je zonder problemen je activiteiten hervatten. Topprestaties stel je wel beter even uit tot 12 uur na afname maar je ziet … jouw aanwezigheid op het werk komt dus niet in het gedrang. Da's een geruststelling, toch?
Niemand heeft mij ooit al gevraagd om bloed te geven!
Dat kan! Maar bij deze brengen we daar dus verandering in. Wanneer mogen we je voor het eerst verwachten? :-)
Ik weet helemaal niet waar ik bloed kan geven!
Denk eens na … bij het Rode Kruis natuurlijk, d’oh. Je kan niet alleen terecht in één van onze 11 donorcentra, maar ook bij jou in de buurt wordt geregeld een mobiele bloedinzameling georganiseerd door de lokale Rode Kruisafdeling. Je hoeft je dus niet ver te verplaatsen.
Ik weet dat het belangrijk is, maar iemand anders zal het wel doen in mijn plaats!
Goh, zo kan je inderdaad redeneren maar als je weet dat 70% van de Belgen ooit bloed nodig heeft en maar 3% doneert, is de rekening snel gemaakt niet?
Conclusie: eigenlijk is géén enkel excuus goed genoeg om de arm niet uit de mouw te steken en de superheld uit te hangen. Check hier vandaag nog waar en wanneer je kan doneren.