Hoge afhankelijkheid van Amerikaans donorplasma zet druk op heel wat Europese landen

Ruim 350.000 Europeanen zijn op dit moment afhankelijk van medicijnen die gemaakt worden van betaald donorplasma uit de Verenigde Staten. Dat komt omdat een groot deel van de Europese landen geen of weinig plasma inzamelt en dus afhankelijk is van Amerikaanse commerciële firma’s. Een situatie die niet zonder risico is voor vele duizenden mensen - waarvoor de plasmagebaseerde medicatie van levensbelang is - en waar onze organisatie voor waarschuwt. Zeker nu plasma in het kader van COVID-19 een al maar belangrijker product lijkt te worden en Amerika plasma beschouwt als een strategisch product. Als de kraan daar toegedraaid wordt, zullen alle Europese landen op zichzelf aangewezen zijn. En daar zijn ze lang niet klaar voor.

Plasma moet zowat het meest besproken lichaamsproduct van de afgelopen maanden zijn ten gevolge van de talrijke studies die onderzoek doen naar de genezende werking ervan bij COVID-19. Ook in België loopt zo’n onderzoek dat gecoördineerd wordt door het UZ Leuven en waarvoor wij de belangrijkste grondstof leveren: plasma van genezen COVID-patiënten.

"Dat we er zo snel in geslaagd zijn voor deze studie een hele screening- en afnameprocedure op te stellen, mag een half mirakel heten”, zegt prof. Dr. Philippe Vandekerckhove, gedelegeerd bestuurder van Rode Kruis-Vlaanderen. “De reden daarvoor is dat België al jarenlang investeert in zijn plasmaferesecapaciteit en daardoor slechts beperkt afhankelijk is van buitenlandse commerciële firma’s voor de aanlevering van plasma als grondstof voor de productie van levensreddende medicijnen”.

Europese landen in zwakke positie

In veel Europese landen ziet de situatie er helemaal anders uit en datgene waarvoor België al jarenlang waarschuwt is nu ook de zorg van de Europese Commissie1: het meer zelfvoorzienend zijn van EU-landen op vlak van plasma als grondstof voor medicatie. Op dit moment is 35% van het plasma voor medicijnen in Europa - bestemd voor ongeveer 350.000 patiënten - immers afkomstig van Amerikaanse plasmadonoren die daarvoor betaald worden.

De Europese landen die vandaag amper of geen plasma inzamelen bevinden zich in een heel zwakke positie. Als de Verenigde Staten, die plasma als een strategisch product beschouwen, de kraan op een dag toedraaien en het ingezamelde plasma enkel voor binnenlands gebruik voorbehouden, betekent dat een probleem voor velen.

Philippe Vandekerckhove

Gedelegeerd bestuurder Rode Kruis-Vlaanderen

Groeiende Europese ongerustheid

De ongerustheid over de globale bevoorrading van plasma is niet nieuw, maar wordt op dit moment alleen maar groter. De COVID-pandemie maakt dat plasma een nog schaarser goed werd door de lockdownmaatregelen die er voor zorgden dat vele donoren hun weg niet meer vonden naar de donorcentra. Daarnaast wordt plasma allicht een nog meer gegeerd product omwille van de mogelijke herstellende werking bij coronapatiënten.

“Europese landen die vandaag nog geen of zeer weinig plasma inzamelen beschikken niet over de nodige basisinfrastructuur om dit snel of op grote schaal te doen. Stel dat uit de onderzoeken wereldwijd blijkt dat plasma van genezen COVID-patiënten een gunstig effect heeft op het ziekteverloop van coronapatiënten én het zelfs als preventief middel ingezet kan worden voor zorgverleners en risicopatiënten, zullen heel veel landen niet in staat zijn om hun eigen inwoners te voorzien van dit levensreddende product. Er zou een groot tekort aan plasmaferesetoestellen kunnen ontstaan, zeker in die landen die vandaag van nul moeten opstarten”, zegt Philippe Vandekerckhove.

De ongerustheid van de Europese Commissie over de afhankelijkheid van veel Europese landen is heel erg groot en daarom stelt ze nu zelfs geld ter beschikking via hun ‘Emergency Support Instrument’. Hiermee willen ze ondersteuning bieden aan Europese landen die inspanningen leveren voor de inzameling van COVID-19 convalescent plasma (CCP).

De situatie in België ziet er gelukkig helemaal anders uit: op dit moment is ons land 60% zelfvoorzienend en stijgt dit percentage jaar na jaar. In 2017 besliste minister De Block om jaarlijks minstens 5% meer plasma in te zamelen om te gebruiken als grondstof voor de productie van levensreddende medicatie. Hierdoor vermijden we een te grote afhankelijkheid van donorplasma uit de wereldmarkt. “Voor Rode Kruis-Vlaanderen betekent dit dat we fel investeren in de bewustmaking van Vlamingen over het belang van plasma geven. Jaarlijks lanceren we daarom verschillende campagnes”, aldus Philippe Vandekerckhove. “En elk Europees land zou hetzelfde moeten doen. Werk maken van een stabiele donorbasis en de investering in voldoende toestellen om plasma in te zamelen zou voor elke minister van Volksgezondheid een absolute prioriteit moeten zijn”.