Verdragen van Genève: 70 jaar maar nog steeds niet pensioengerechtigd

Naar aanleiding van de 70e verjaardag van de Verdragen van Genève op 12 augustus lieten we, in samenwerking met Croix-Rouge de Belgique communauté francophone, een bevraging uitvoeren bij 1066 Belgen. In de bevraging werd gepeild naar de mening van de Belg over verschillende aspecten van gewapende conflicten: het gedrag van strijders, foltering, gezondheidszorg in conflictgebieden en kennis over het internationaal humanitair recht (IHR).

Burgerslachtoffers? 1 Belg op 3 vindt dit onderdeel van oorlog

Dit is slechts 1 van de belangrijkste resultaten uit de bevraging. Een greep uit de andere cijfers:

        • 1 Belg op 3 denkt dus dat het feit dat men aanvallen uitvoert in dichtbevolkte gebieden met burgerslachtoffers tot gevolg onderdeel is van oorlog;

        • Positiever is dat 84% van de Belgen vindt dat strijders alleen vijandige strijders mogen aanvallen en burgers zoveel mogelijk moeten sparen als ze de vijand aanvallen en verzwakken;

        • 79% van de Belgen is van mening dat het verkeerd is om de burgerbevolking te beroven van voedsel, water en medicijnen met als doel de vijand te verzwakken;

        • 74% van de Belgen vindt foltering ongepast, ook in tijden van oorlog. Wel denkt 19% van de Belgen dat een gevangen genomen ‘vijand’ gefolterd mag worden om informatie te verkrijgen;

        • 1 Belg op 3 vindt het 'part of the job' dat hulpverleners gewond geraken of gedood worden tijdens het bieden van hulp. Hiertegenover staat wel dat 88% van de Belgen het verkeerd vindt ziekenhuizen, ambulances en medisch personeel aan te vallen met het enkele doel de vijand te verzwakken;

        • 9 op de 10 Belgen is het erover eens dat iemand die gewond of ziek is het recht heeft om behandeld te worden tijdens een gewapend conflict. 70% vindt trouwens dat deze zorg aan alle betrokken partijen van het conflict moet worden geboden;

        • 62% van de Belgen die vertrouwd zijn met het IHR, denkt dat het zinvol is dat de Verdragen van Genève bestaan omdat zo beperkingen opgelegd worden over de manier van oorlogsvoering. Toch gelooft maar 37% van de Belgen dat deze regels ook concreet de schadelijke effecten van oorlog beperkt.

      • 55% van de Belgen hoopt dat er meer diplomatieke inspanningen komen in de toekomst om schendingen van het IHR te voorkomen.

Conclusie? Belg draagt menselijkheid in conflicten hoog in het vaandel

We besluiten uit deze resultaten dat de meerderheid van de Belgen (en in sommige gevallen zelfs meer) het concept menselijkheid in gewapende conflicten hoog in het vaandel draagt. Toch blijkt uit de bevraging dat er een soort fatalisme heerst onder de Belgische bevolking. Dit wordt duidelijk doordat sommigen onder ons stellen dat bepaalde daden tijdens een oorlog zouden moeten kunnen daar waar deze wel degelijk worden verboden door het IHR.

We lieten de bevraging uitvoeren om aandacht te vragen voor het respect voor internationaal humanitair recht. Het respect voor IHR is niet alleen de verantwoordelijkheid van de strijdende partijen maar van alle Staten wereldwijd, dus ook België. Het IHR blijft in verschillende opzichten relevant in België, bijvoorbeeld: militaire interventie van België in de context van gewapende conflicten, de rol die België speelt bij het voorkomen van schendingen van IHR en het aanmoedigen van respect ervoor door de partijen bij conflicten. We grijpen deze 70e verjaardag van de Verdragen Van Genève aan om het universele karakter en de voortdurende relevantie van deze regels in de verf te zetten.

Want ondanks de vele schendingen van het IHR die we meer dan eens in de media te zien krijgen, is het niet correct om te concluderen dat deze regels hun relevantie hebben verloren en geen rol meer spelen. Deze houding zou uiteindelijk leiden tot het opgeven van een minimum aan menselijkheid in tijden van conflict. Bovendien worden de dagelijkse regels van het IHR wél toegepast, alleen worden deze positieve beelden minder vaak onder de aandacht gebracht. 

Lees hier meer over onze rol met betrekking tot het IHR

Het ontstaan van het Internationaal Humanitair Recht

De vier Verdragen van Genève van 1949 werden aangenomen na de Tweede Wereldoorlog, naar aanleiding van de gruwelijkheden die plaatsvonden tijdens de wereldoorlogen en andere conflicten. De verdragen vormen de hoeksteen van het internationaal humanitair recht. Het IHR legt de regels vast die van toepassing zijn tijdens gewapende conflicten. Hierbij probeert het zoveel mogelijk de negatieve gevolgen van gewapende conflicten te beperken door personen te beschermen die niet (langer) deelnemen aan de vijandelijkheden (bv. burgers, medisch personeel, hulpverleners, gewonden) om zo een evenwicht te realiseren tussen de militaire noodzaak en menselijkheid. Belangrijk is dat deze verdragen universeel goedgekeurd werden en dus op overal van toepassing zijn.

Beluister het interview met collega Laura De Grève op Radio 1

(het interview start op 1:19:44  en eindigt op 1:37:35)