World Red Cross Day: geschiedenis van het Rode Kruis en internationaal humanitair recht

Stel je deze situatie even voor: 40.000 mensen liggen op een slagveld, gewond, zonder de nodige verzorging en bijna volledig aan hun lot overgelaten.

Henri Dunant

Henri Dunant, een Zwitsers zakenman, aanschouwt dit tafereel in 1859 bij de slag van Solferino gedurende zijn reis door Italië. In zijn boek getiteld “Een herinnering aan Solerino” schrijft hij de gruwelen neer die hem vol verontwaardiging en medelijden hebben getroffen. "Zou men in vredestijd in alle landen ter wereld geen hulpposten kunnen oprichten die, in oorlogstijd, de gekwetsten zouden kunnen verzorgen?" vraagt hij zich daarin af.

Oprichting van het 'Internationale Permanente Comité van hulpverlening aan gewonde militairen'

Samen met vier andere pioniers richt hij in 1863 het 'Internationale Permanente Comité van hulpverlening aan gewonde militairen' op, dat later het Internationale Rode Kruiscomité (ICRC) zal worden.

Een jaar later organiseert de Zwitserse overheid op vraag van dit comité een diplomatieke conferentie. De vertegenwoordigers van 12 staten, waaronder België, tekenen hier het eerste 'Verdrag van Genève tot verbetering van het lot der gewonden bij de legers te velde in oorlogstijd'.

Dit verdrag vormt het startpunt van het moderne internationaal humanitair recht, het geheel van regels die de humanitaire gevolgen van gewapende conflicten proberen te beperken.

Verdrag van Genève

Het Verdrag voorziet in de verplichting om gewonde en zieke militairen zonder onderscheid te verzorgen (behalve op basis van medische nood), evenals de bescherming van hulperverlenend(e) personeel en hun uitrusting, herkenbaar door het rode kruissymbool. Het Rode Kruis wordt hierbij officieel in het leven geroepen als onafhankelijke vrijwilligersorganisatie. Het doel?  Zieke en gewonde soldaten op het slagveld verzorgen en de medische diensten van het leger ondersteunen.

Ook buiten conflictsituaties

Oorspronkelijk opgericht om hulp te verlenen aan oorlogsslachtoffers, ontstaat na de Eerste Wereldoorlog het idee om het Rode Kruiswerk ook buiten conflictsituaties verder te zetten om kwetsbaren te helpen. Zo wordt ingezet op het voorkomen van gewapende conflicten en andere rampsituaties door reeds actie te ondernemen tijdens vredestijd, het bevorderen van zelfredzaamheid, het versterken van gemeenschappen, evenals hulp te bieden in noodsituaties die geen gewapende conflicten zijn.

De situatie vandaag

Vandaag kennen we de Internationale Rode Kruis- en Rode Halve Maanvereniging, bestaande uit de Internationale Federatie, het Internationale Rode Kruiscomité en de 192 Nationale Verenigingen. Het is grootste hulpverlenende organisatie ter wereld, die beoogt om menselijk leed voorkomen en verlichten en zich inzet om het leven, gezondheid en waardigheid van mensen te beschermen.

Wil je graag nog meer lezen over onze geschiedenis? Koop dan ons boek “Helpen Helpt – vijf decennia Rode Kruis in Vlaanderen”, geschreven door Tuur Hoste en Jan Haeverans.