Verdrag tot vrijstelling van de hospitaalschepen, in oorlogstijd, van de rechten en taksen waarmee de schepen in de havens ten bate van de staat worden belast

Detail

  • Plaats: Den Haag
  • Aangenomen: 21-12-1904
  • Inwerkingtreding: 26-03-1906

In België

  • Ratificatie: 26-03-1906
  • Inwerkingtreding: 26-03-1906
  • Ondertekening: 21-12-1904
  • Publicatie: 26-04-2007
  • Geen voorbehoud of verklaring

Dit verdrag werd aanvaard tijdens een conferentie die samengeroepen werd door de Nederlandse overheid op initiatief van de Franse overheid. Het is vandaag nog steeds van kracht. Er werden geen andere verdragen over dit onderwerp afgesloten.

De verdragstekst

(Aanduiding van de Verdragsluitende Mogendheden)

Overwegend dat het Verdrag, op 29 juli 1899 te Den Haag gesloten nopens de toepassing, op de zeeoorlog, van de beginselen van de Overeenkomst van Genève, van 22 augustus 1864, het beginsel van de tussenkomst van het Rode Kruis in de zeeoorlog heeft gehuldigd door middel van bepalingen ten voordele van de hospitaalschepen;

Wensend een verdrag te sluiten om de taak van genoemde schepen door middel van nieuwe bepalingen te verlichten;

Hebben tot hun Gevolmachtigden benoemd, te weten:

(aanduiding van de Gevolmachtigden)

Die, na hun volmachten te hebben neergelegd, welke in goede en behoorlijke vorm zijn bevonden, omtrent de volgende bepalingen zijn overeengekomen:

Artikel 1 - Vrijstelling van rechten en taksen

De hospitaalschepen, die beantwoorden aan de voorwaarden, voorgeschreven bij artikelen 1, 2 en 3 van het op 29 juli 1899 te Den Haag gesloten Verdrag nopens de toepassing, op de zeeoorlog, van de beginselen van de overeenkomst van Genève van 22 augustus 1864, zullen in oorlogstijd in de havens van de verdragsluitende Partijen vrijgesteld zijn van alle rechten en taksen, waarmee de schepen ten bate van de Staat worden belast.

Artikel 2 - Toepassing van belastings- of andere wetten

Het bepaalde bij voorgaand artikel belet de toepassing niet door middel van het onderzoek en andere formaliteiten, van de belastings- of andere wetten, welke in die havens van kracht zijn.

Artikel 3 - Toepassingsgebied

De in artikel 1 gestelde regel verbindt enkel de verdragsluitende Mogendheden, in geval van oorlog tussen twee of meer onder haar.

Bedoelde regel is niet langer verbindend zodra, tijdens een oorlog tussen verdragsluitende Mogendheden, een niet verdragsluitende Mogendheid zich bij één van de oorlogvoerenden mocht voegen.

Artikel 4 - Bekrachtiging

Dit Verdrag welk, op datum van heden gedagtekend, tot 1 oktober 1905 zal kunnen ondertekend worden door de Mogendheden die daartoe de wens mochten uitgedrukt hebben, zal zo snel mogelijk worden bekrachtigd.

De akten van bekrachtiging zullen te Den Haag worden neergelegd. Van de neerlegging van de akten van bekrachtiging zal een proces-verbaal worden opgemaakt waarvan, na elke neerlegging een voor eensluidend gewaarmerkt afschrift langs diplomatieke weg aan al de verdragsluitende Mogendheden zal worden overgemaakt.

Artikel 5 - Toetreding

De Mogendheden die niet ondertekend hebben, kunnen na 1 oktober 1905 tot dit Verdrag toetreden.

Te dien einde zullen zij hun toetreding aan de verdragsluitende Mogendheden moeten te kennen geven door middel van een schriftelijke kennisgeving, gericht tot de Nederlandse Regering en door deze aan al de andere verdragsluitende Mogendheden meegedeeld.

Artikel 6 - Opzegging

Mocht het gebeuren dat een van de Hoge Verdragsluitende Partijen dit Verdrag zou opzeggen, dan zou deze opzegging eerst van kracht worden één jaar na de schriftelijk tot de Nederlandse Regering gerichte en door deze onmiddellijk aan al de andere verdragsluitende Mogendheden meegedeelde kennisgeving. De opzegging zal enkel van kracht zijn ten aanzien van de Mogendheid die daarvan kennis zal hebben gegeven.

Ten blijke waarvan de Gevolmachtigden dit Verdrag van hun ondertekening hebben voorzien.

Gedaan te Den Haag op 21 december 1904, in een enkel exemplaar, dat in het archief van de Nederlandse Regering zal blijven berusten en waarvan voor eensluidend gewaarmerkte afschriften langs diplomatieke weg aan de verdragsluitende Mogendheden zullen worden overgemaakt.