Eerste hulp bij CO-vergiftiging
Koolstofmonoxide (CO) is een gas dat vrijkomt bij een onvolledige verbranding. Dat kan voorkomen bij alle brandbare materialen (bijvoorbeeld gas of stookolie) . CO kan vrijkomen bij het gebruik van verwarmingstoestellen (zoals gaskachels, gasboilers of allesbranders) in slecht verluchte ruimtes, maar ook bij een brand, bij industriële rookgassen, sigarettenrook of de uitlaatgassen van een auto. Het is een kleurloos, reukloos en smaakloos gas. Je kan het dus zonder meettoestel niet waarnemen.
In normale omstandigheden verbindt zuurstof zich in de longen met de rode bloedcellen. De rode bloedcellen vervoeren zuurstof naar alle delen van het lichaam. Ingeademde CO bindt veel sterker aan de rode bloedcellen dan zuurstof en blijft er bovendien aan gebonden. Dat maakt dat de rode bloedcellen na een tijdje verzadigd raken met CO en daardoor onvoldoende zuurstof kunnen vervoeren. Het slachtoffer krijgt een zuurstoftekort.
Wat stel je vast?
Vaak kan je een koolstofmonoxidevergiftiging alleen afleiden uit de omstandigheden waarin je het slachtoffer hebt aangetroffen.
- Het slachtoffer heeft hoofdpijn, is duizelig, hij kan suf en vermoeid zijn.
- Hij kan hyperventileren.
- Het slachtoffer kan misselijk zijn en braken.
- Hij verliest na verloop van tijd het bewustzijn. Hij kan in coma raken en overlijden.
Dit doe je!
STAP 1: Zorg voor veiligheid
Benader het slachtoffer alleen als dat kan zonder jezelf in gevaar te brengen. Als dat niet mogelijk is, wacht je op de komst van de hulpdiensten. Neem geen risico’s!
|
STAP 2: Beoordeel de toestand van het slachtoffer
|
STAP 3: Raadpleeg gespecialiseerde hulp
|
STAP 4: Verleen verdere eerste hulp
|