Deportatie
Het internationaal humanitair recht (IHR) verbiedt deportatie of de gedwongen verplaatsing van burgers, zowel in internationale als in niet-internationale gewapende conflicten.
Definitie
Deportatie is het verplaatsen van personen, door verdrijving of andere dwangmaatregelen, uit het gebied waarin zij zich rechtmatig bevinden, zonder dat daar op basis van het internationaal recht een geldige reden voor bestaat. [MP1]
Oorlogsmisdaad
- Het verbod werd voor het eerst opgenomen in de Lieber Code van 1863 en vond later zijn weg naar de Verdragen van Genève van 1949 en de Aanvullende Protocollen van 1977.
- Het Tribunaal van Nürnberg veroordeelde de deportatie van burgers in bezette gebieden, voor slavenarbeid of om het even welke andere reden, als een oorlogsmisdaad.
- Het Internationaal Strafhof kwalificeert het gedwongen overbrengen van de bevolking als een misdaad tegen de mensheid en een oorlogsmisdaad.
- In de Verdragen van Genève is deportatie ook opgenomen in de lijst van oorlogsmisdaden.
Evacuatie
Het IHR laat toe de bevolking tijdelijk uit een bepaald gebied te evacueren, uit veiligheidsoverwegingen of wanneer dwingende militaire redenen dit vereisen.
Om te voorkomen dat deze uitzonderingen worden ingeroepen om een onwettige deportatie te verhullen, gelden voor evacuatie bijkomende maatregelen.
- Een evacuatiemaatregel kan slechts van tijdelijke aard zijn.
- De partij die tot evacuatie beslist, moet de nodige waarborgen bieden om de geëvacueerde bevolking terug naar hun woonplaats te brengen.
- De evacuatie moet gebeuren in veilige omstandigheden, met aandacht voor de behoeften van de bevolking inzake hygiëne en gezondheid.
- Er moeten bijzondere maatregelen worden genomen om te voorkomen dat familieleden worden gescheiden.
- De bevolking van een bezet gebied mag niet worden overgebracht naar een regio buiten het bezette gebied.
Daarnaast geldt voor de bezetter een absoluut verbod om zijn eigen bevolking naar het bezette gebied over te brengen en zo de demografische samenstelling van de regio te wijzigen.
Relevante bepalingen
CG IV art.49, 147; ICC Statuut art.8(2)(a)(vii) en art.8(2)(e)(viii);AP II art.17; CIHIL studie regel 129B.